Beschrijving:
De
Azuurmees is ongeveer 13 centimeter en 11 tot 14 gram. De Azuurmees heeft een witte kop en
net als de Pimpelmees een zwarte oogstreep; de bovenzijde is
blauw-grijs, de onderkant is wit, de vleugels en staart zijn blauw.
Biotoop:
Loofbossen langs stromen en overstroomde gebieden, vooral wilgen; ook in
seizoensgebonden overstroomde gebieden en moerassen met stukken bosgebied.
Voedsel:
De Azuurmees is net als de Pimpelmees is een insectenjager, eet larven, rupsen en
bladluizen. Eet ook zaden.
Nest:
Holenbroeder. Het broeden vindt plaats van april tot half juni en het legsel bestaat
meestal uit 8 tot 12 eieren. Broedduur: 13 - 14 dagen. De jongen blijven 16 tot 18 dagen
in het nest. Een klein aantal paren brengt ook een tweede broedsel groot.
Geografische verspreiding:

Meestal een standvogel, soms een zwerfvogel.
Uit Rusland afkomstig, in Midden- en West-Europa een zeldzame wintergast.
Komt niet voor in Nederland.
Namen:
Deens |
Azurmejse |
Duits |
Lasurmeise |
Engels |
Azure Tit |
Esperanto |
lazura paruo |
Estonisch |
Lasuurtihane |
Fins |
Valkopäätiainen |
Frans |
Mésange azurée |
Hongaars |
Lazúrcinege |
IJslands |
Hvítmeisa |
Italiaans |
Cinciarella azzurra |
Latijns |
Cyanistes cyanus
(voorheen
Parus cyanus) |
Nederlands |
Azuurmees |
Noors |
Asurmeis |
Portuguees |
Chapim-de-cabeça-branca |
Russisch |
Belaya Lazorevka |
Spaans |
Herrerillo ciáneo |
Zweeds |
Azurmes |
Bron: o.a. De grote encyclopedie vogels van Europa (ISBN 90-438-0836-9)
|