Beschrijving: Meest verbreide mees in
Noord-Amerika. Er zijn 6 soorten die naar hun roep wel 'chickadee' worden genoemd. 's
Winters zitten ze regelmatig in groepjes van circa 6 vogels in tuinen, aangelokt door
voerdertafels. In de lente gaan deze groepjes uiteen om broedparen te vormen, die de zomer
in het bos doorbrengen. Biotoop: Naald- en loofbos Voedsel: Ze eten insecten, ruspen, slakken en spinnen. In de winter eten ze bessen en zaden. De Chickadee verstopt voedsel en kan het voedsel tot een maand na verstoppen terugvinden. Nest: Het paar hakt in 7 tot 10 dagen z'n eigen nest uit in zacht hout of een dode boom, op
1,5 tot 7 meter hoogte. Ze maken geen gebruik van bestaande holen; wel nestelen ze soms in
een nestkast, als deze gevuld is met rommel zodat ze hun weg naar binnen moeten graven.
Nestbouw duurt 5 tot 14 dagen. Het nest bestaat uit mos, konijnenbont, haren, veren en
spinnenwebben en wordt door het vrouwtje gemaakt. Er worden 6 tot 8 eieren gelegd, die na
12 tot 13 dagen uitkomen. Na uitkomen van de jongen, zit het vrouwtje nog veel op de
jongen. Het mannetje voer de jongen grotendeels. Na 12 dagen broed bebroed het vrouwtje de
jongen niet meer, en voeren beide Chickadees de jongen evenveel. Na 16 dagen verlaten de
jongen het nest. Hoewel de jongen na 10 dagen zelf hun eten kunnen zoeken, trekken ze nog
2 tot 4 weken met de ouders op. Geografische verspreiding: Alaska, Canada, Zuid tot midden Amerika Namen:
|