De Kuifmees is ongeveer 13 centimeter en 10 - 13 gram. Is gemakkelijk te herkennen aan de zwart-wit gevlekte kuif en ook aan het witte aangezicht, de zwarte oogstreep, zwarte bef en zwarte halsband. Volwassen mannetjes en vrouwtjes zien er hetzelfde uit. Biotoop: Bewoner van de naaldbossen (liefst den) met een droge bodem, maar ook van gemengde wouden met veel naaldbomen.
Al naar gelang de seizoenen nogal afwisselend. In de zomer leeft hij van allerlei soorten insecten, mieren, spinnen en kruipende dieren. Zoekt voedsel op boomstammen, zoals de boomkruiper. In de winter nuttigt hij zaden met een uitgesproken voorkeur voor de zaden van de den en de overige naaldbomen, een beukennootje of lijsterbes wordt echter ook gegeten. Nest: Holenbroeder. Hij maakt zijn nest in de meest uiteenlopende holten die hij eerst
schoonmaakt en naar wens vergroot, een spleet in een verrotte stam, een gaatje in een
muur, een oud spechtennest. Zit ook graag in nestkastjes met
een rond vlieggat of zelfs in een nog in gebruik zijnde horst van een Prooivogel. Soms
bouwt de Kuifmees zijn nest ook wel in de open lucht tegen de stam van een boom aan. Geografische verspreiding: De Kuifmees komt in het grootste deel van Europa voor op die plekken die een gunstige biotoop hebben. In Groot-Brittannië komen ze vrijwel niet voor. Aantal: 3,6 tot 4,9 miljoen broedparen in het aangegeven gebied. Namen:
Bron: o.a. De grote encyclopedie vogels van Europa (ISBN 90-438-0836-9) |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||